Antwoord van F. Mogherini op een vraag van Kathleen Van Brempt

In opvolging van de European Action Days against the Blockade, georganiseerd door GUE/NGF en Cubanismo.be, stelde Kathleen Van Brempt (sp.a) een parlementaire vraag aan Federica Mogherini, vertegenwoordiger voor buitenlandse aangelegenheden van de EU. Hieronder geven we vraag en antwoord weer. 
De Coördinatie voor de opheffing van de blokkade zal de komende maanden nog meer contacten leggen met politici, om de blokkade op de politieke agenda te krijgen.  

Vraag van Kathleen Van Brempt (13 december 2017)

“Op 1 november 2017 verzette de EU-ambassadeur in de Algemene Vergadering van de VN zich tegen de extraterritoriale effecten van de VS-blokkade tegen Cuba omdat die de economische en commerciële belangen van Europa schaden.
Reeds in 1998 bereikte de EU een diplomatiek akkoord, toen de VS instemde de toepassing van de titels III en IV van de Helms-Burton Act op te schorten en met het Congres samen te werken om de wetgeving in te trekken. Er gebeurde echter niets.
„It is crucial that the United States continues to fully respect and implement the agreement reached at the summit between the European Union and the United States held in London in May 1998” (EU-ambassadeur, 1 november 2017).
Welke initiatieven neemt de Commissie om dit akkoord tussen de EU en de VS af te dwingen?
Welke initiatieven neemt de Commissie om de extraterritoriale effecten van de VS-blokkade ongedaan te maken?”

Antwoord van vicevoorzitter Mogherini namens de Commissie (21 februari 2018)

“De EU en haar diensten brengen de kwestie van het VS-embargo tegen Cuba geregeld  ter sprake in hun contacten met de Amerikaanse regering en het Congres. Het akkoord van 1998 werd tot op heden geëerbiedigd door de VS, ook onder de huidige regering, en de opschortingen van de titels III en IV van de Helms-Burtonwet werden geregeld verlengd.
In artikel 10 van de overeenkomst inzake politieke dialoog en samenwerking tussen de EU en Cuba, die sinds 1 november 2017 voorlopig van toepassing is, wordt daarnaast bepaald dat een regelmatige dialoog wordt opgestart over eenzijdige dwangmaatregelen met extraterritoriale effecten die strijdig zijn met het internationaal recht en algemeen aanvaarde voorschriften voor de internationale handel, over het voorkomen daarvan en over het beperken van de gevolgen daarvan.
Zelfs voorafgaand aan de formele dialoog op grond van artikel 10 hebben de EU en Cuba al informatie over dergelijke maatregelen uitgewisseld met het oog op een mogelijke toepassing van Verordening (EG) nr. 2271/96 tot bescherming tegen de gevolgen van de extraterritoriale toepassing van rechtsregels van een derde land.
De diensten van de EU bezorgen dergelijke informatie aan de betrokken overheden van de lidstaten, die dan bepalen of de verordening van toepassing is in een bepaald geval en indien nodig actie ondernemen op grond van hun nationale wetgeving (artikel 9)”.

Bron: http://www.europarl.europa.eu/sides/getDoc.do?pubRef=-//EP//TEXT+WQ+E-2017-007682+0+DOC+XML+V0//EN