De blokkade is alom aanwezig in Cuba: enkele voorbeelden

Vacunas cubanas

 80% van de bevolking heeft niets anders gekend dan de blokkade die nu al 60 jaar duurt. De blokkade lijkt haast ‘een vanzelfsprekendheid’. Maar enkele voorbeelden maken duidelijk dat de blokkade heel erg aanwezig en voelbaar is. 

Concrete voorbeelden hoe de economische en financiële blokkade werkt.
Eén van de biofarmaceutische onderzoeksinstituten kon in 2021 gedurende verschillende maanden niet de noodzakelijke basisproducten invoeren, nodig voor de ontwikkeling van een coronavaccin. Medische producten zijn bijzonder gevoelig aan de blokkade.  Omdat deze bijna allemaal een  element bevatten dat in de VS is geproduceerd, vallen ze onder de VS-blokkade. Via allerlei omwegen heeft het instituut alsnog leveranciers gevonden. Maar uit vrees dat ook deze afhaken, geen verdere details. 
Het gevolg van deze moeilijkheden is dat Cuba een aantal maanden later met de massale vaccinatie van de bevolking kon starten.  De kostprijs zijn tientallen onnodige sterfgevallen.

Op 8 februari 2022 verklaarde Alejandro Gil Fernández, minister van economie, dat 6.000 containers met producten bestemd voor de bevolking van Cuba, geblokkeerd zitten in internationale havens omdat de rederijen problemen hebben met de VS-autoriteiten die leveringen aan Cuba beboeten. Daardoor lopen de kosten van de goederen voortdurend op.

De Cubaanse wetenschappers hebben het moeilijk om hun bijdragen in een internationaal wetenschappelijk tijdschrift te publiceren, want daarvoor moet betaald worden. Vanuit Cuba een internationale betaling doen is echter zo goed als onmogelijk, wegens de financiële blokkade.

PRODAL verwerkt voedingsmiddelen. Het bedrijf had een contract lopen met Japan voor de levering van roze garnalen. Een paar jaar geleden werd het contract opgezegd, omdat de Mitsubishi-bank plots weigerde om de betalingen naar Cuba uit te voeren.

Heel recent, begin januari 2022 moest een boot met een lading melkpoeder rechtsomkeer maken, omdat de VS dreigde met enorme geldboetes tegen de rederij. Dit was niet de eerste keer dat dit gebeurde. De overheid kon enkel de dagelijkse portie voor kinderen tot 7 jaar garanderen door de strategische reserve aan poedermelk aan te spreken. 

De rumfabriek X bestelt in het buitenland een lading nieuwe flessen. In november 2021 liep het haast mis; de rederij kreeg van hogerhand het bevel om niet aan Cuba te leveren. Het vullen van de flessen met rum riskeerde in het honderd te lopen. Met een vertraging van twee maanden geraakten de flessen via een kostelijke omweg toch nog geleverd. De bedrijfsverantwoordelijke wou verder geen concrete details geven om de bestaande samenwerking niet in gevaar brengen.

Het echtpaar X runt thuis een bedrijfje en ontwerpt en produceert geboortekaartjes en doosjes voor kleine cadeautjes. Maar papier moet zij aankopen in harde deviezen. Inkt wordt ingevoerd en kost hen 5.000 pesos nacionales, of 200 dollar tegen de officiële koers, wat enorm veel is. In de praktijk doet zijn beroep op mulas, Cubanen die tussen de VS en Cuba reizen. Zij kopen in de VS het materiaal aan en verkopen het in peso nacional  door in Cuba. Natuurlijk voor een meerprijs, want zij moeten hun vliegticket recupereren.

Y voert een studie uit in functie van een buitenlands agentschap. Omdat betalingen naar Cuba moeilijk tot onmogelijk zijn, vraagt Y om de betaling te sturen naar de rekening van Credit Union in de Verenigde Staten, een bank die buiten het SWIFT-systeem functioneert. Bovendien zou de betaling in euro verlopen, zodat controle van de VS kan vermeden worden. Toch wordt de betaling geblokkeerd, want de bank van het buitenlands agentschap weigert de betaling uit te voeren, omdat de consultant in Cuba woont. Om uit de impasse te geraken, laat de consultant de vergoeding overschrijven op een rekening van een vriend in de VS, die het bedrag op zijn beurt overschrijft naar de rekening van Y in de VS.

Buitenlandse agentschappen kunnen al jaren geen geld bestemd voor de Cubaanse partnerorganisaties overschrijven. De enige oplossing bestaat erin dat de organisaties materiaal bij bedrijven buiten Cuba aankopen en dit daarna naar Cuba verzenden. De agentschappen betalen vervolgens rechtstreeks de factuur aan het buitenlands bedrijf.

Een vertegenwoordiger (M/V) van een buitenlands agentschap had een visa-kaart op naam van het agentschap. Van de ene dag op de andere annuleerde de bank de kaart en kon de vertegenwoordiger geen geld meer ontvangen noch uitgeven. De reden: met de kaart werden te veel betalingen in Cuba uitgevoerd. Eerder had de bank al geweigerd om betalingen naar Cuba uit te voeren; nu ook de kredietkaart is stopgezet, krijgt het agentschap geen geld meer voor de werking van  het kantoor  tot in Havana. De enige oplossing is via de persoonlijke visa-kaart van de vertegenwoordiger… tot die ook door de bank wordt geblokkeerd.

Bronnen: Wim Leysens voerde in februari '22 verschillende gesprekken met organisaties en burgers in Cuba.