Jaarlijks veroordeelt de Algemene Vergadering van de VN bijna unaniem de VS-blokkade tegen Cuba. Maar de VS blijft doof. Voor de 28ste keer op rij heeft de Cubaanse regering haar lijvig rapport ingediend over de schade die de blokkade veroorzaakt. Het verslag bestrijkt de periode april ’19 tot maart ’20, dat wil zeggen dat de impact van de corona-pandemie nog niet in het rapport zijn opgenomen. Omwille van Corona is de stemming in de Algemene Vergadering uitgesteld tot mei ’21.
In de aangegeven periode heeft de Trump-administratie een 90-tal maatregelen genomen, die de wurggreep op Cuba alsmaar verscherpen. Het gaat dan om boetes en sancties tegen bedrijven (zowel Amerikaanse als internationale), uitbreiding van de lijst van Cubaanse bedrijven met wie geen handel mag gedreven worden, juridische processen als gevolg van de activering Artikel III van de wet Helms-Burton, enz.
De Cubaanse economie lijdt vooral onder het embargo op petroleumtoevoer. 27 maatschappijen, 54 tankers en 3 personen uit de petroleumsector kregen het verbod opgelegd op straf van boete om olie aan Cuba te leveren. Nochtans valt geen van hen onder de VS-jurisdictie.
Deze unilaterale politiek van de VS is daarom de belangrijkste hinderpaal om het nationale economische en sociaal plan te realiseren. De geleden schade van de blokkade voor het onderzochte jaar piekte tot 5,57 miljard dollar. Voor het eerst wordt de grens van vijf miljard overschreden, wat wijst op de verharding van de blokkade.
De blokkade kostte alleen voor de gezondheidssector tussen april ’19 en maart ’20 ruim 160 miljoen dollar. Deze grote verliezen hebben vanzelfsprekend ook de middelen die Cuba moet inzetten in de strijd tegen de corona-pandemie, bemoeilijkt. Het was daarom nog meer cynisch dat in maart 2020 een schenking door het Chinese Alibaba van mondmaskers, ventilatie-apparaten en diagnose-kits niet kon geleverd worden. De transportfirma, grotendeels in handen van een Amerikaans aandeelhouder, weigerde de vracht naar Cuba te brengen omdat het onder de VS-blokkadewetten valt.
Een andere sector die zwaar onder de blokkade lijdt, is de voedselbevoorrading, waarvoor Cuba sterk afhankelijk van import is, ondanks grote inspanningen om de nationale voedselproductie op te drijven. In de onderzochte periode koste de blokkade 428,9 miljoen dollar aan meerkosten, omdat de VS-markt afgesloten is. Voor voeding, grondstoffen, werktuigen, enz. moet Cuba zich wenden naar meer afgelegen markten, wat de prijzen alleen maar doet toenemen. Een voorbeeld: het Cubaanse bedrijf Bravo bestelde 2.700 ton vlees in de VS voor een bedrag van 2.21 miljoen dollar, wat werd geweigerd. Bravo richtte zich tot een ander land, en betaalde zo een meerprijs van 1,3 miljoen dollar.
Het volledige rapport (Frans) in bijlage.
Bijlage | Size |
---|---|
Cubaanse Blokkade-rapport 2020 (Frans) | 748 KB |