27 02 22: De VS-blokkade tegen Cuba en de coronapandemie hebben enorm zware gevolgen voor de Cubaanse economie. De eerste slachtoffers zijn de Cubaanse burgers.
De belangrijkste bron van buitenlandse deviezen zijn de diensten die Cuba aan het buitenland levert in de vorm van brigades van gezondheidspersoneel, leerkrachten en profesoren en sporttrainers. Het meest bekend zijn de medische brigades die via bilaterale contracten in tientallen landen actief zijn. Onder druk van Trump hebben landen als Brazilië, Bolivia en Ecuador hun contracten opgezegd.
Op de tweede plaats staat het toerisme. De coronapandemie heeft deze sector sinds 2020 volledig stilgelegd. De derde inkomstenbron zijn de remesas, geld dat familieleden of kennissen in het buitenland naar Cuba sturen. De vorige president Trump heeft ook deze inkomstenbron proberen droog te leggen. Hij plafonneerde het bedrag dat mag doorgestuurd worden op 1.000 dollar per trimester. De grote klap was echter dat Western Union in 2019 verbod kreeg om nog geld naar Cuba te transfereren. Naar schatting werd het jaar voordien tussen 900 miljoen en 1 miljard dollar naar Cuba overgeschreven, rond de 150 euro per Cubaan.
De drooglegging van de bovengenoemde inkomsten hebben Cuba in de ergste economische crisis sinds het wegvallen van de Sovjet Unie als belangrijkste handelspartner gestort. Cuba heeft op dit ogenblik tekort aan zowat alles, voeding, geneesmiddelen, grondstoffen. Deze situatie dwingt de overheid keuzes te maken in welke sectoren de harde deviezen worden geïnvesteerd. De gratis gezondheidszorg en onderwijs zijn nooit ter discussie gekomen. In volle corona-pandemie heeft de overheid miljoenen geïnvesteerd in de huisvesting en de voeding van mensen opgenomen in quarantaine-centra na een risico-contact. En omdat Cuba geleerd heeft om op eigen benen te staan, werden alle onderzoeksprojecten in de biofarmaceutische sector on hold gezet om zo snel mogelijk eigen corona-vaccins te ontwikkelen.
Het tekort aan buitenlandse deviezen heeft de overheid gedwongen ook om ook het privékapitaal van de burgers aan te spreken. De overheid wil beletten dat de deviezen in het bezit van particulieren naar het buitenland verdwijnen. Daarom kunnen Cubanen die via remesas of via het toerisme buitenlandse deviezen bezitten, deze op een MLC-rekening zetten. Deze Moneda Libremente Convertible is een munteenheid die de waarde heeft van een dollar, of 24 pesos aan de officiële wisselkoers. Met een MLC-bankkaart kan de burger aankopen doen in MLC-winkels, waar de overheid een ruimer aanbod aan (ingevoerde) producten, zoals voedingswaren en huishoudapparaten, garandeert. De inkomsten van de MLC-winkels moet de overheid toelaten om basisgoederen aan gecontroleerde prijzen in de nationale munt, de peso, voor iedereen aan te bieden. Met tegenzin heeft de regering beslist de verkoop in de MLC-winkel te beperken tot betaling met een MLC-bankkaart, in het besef dat veel Cubanen niet over harde deviezen beschikken en dus uitgesloten zijn van deze producten. De maatregel krijgt veel kritiek onder de bevolking.
De achterliggende doelstelling mag goed klinken, in de praktijk zien de burgers weinig verbetering. Zij blijven botsen op lege winkels, lange wachtrijen en hoge prijzen. In antwoord op deze kritiek heeft de minister van economie, Alejandro Gil Fernández zich op 8 februari verdedigd. Zonder de MLC-winkels zou de economische situatie van het land nog veel erger zijn. Dank zij de winst behaald in de MLC-winkels heeft de regering het afgelopen jaar 2021 ruim 300 miljoen dollar kunnen besteden aan de bevoorrading van basisproducten, die voor gans de bevolking beschikbaar waren in peso nacional. De maatregel is sociaal rechtvaardig, aldus A. Fernández, want het laat toe de deviezen van enkele burgers te herverdelen via het ter beschikking stellen van basisconsumptiegoederen voor alle burgers. De minister voegde er nog aan toe dat de verkoop in MLC-winkels een tijdelijke maatregel is, die wordt opgeheven zodra de nationale economie is hersteld.
Het is wel aanvaardbaar dat producten in het buitenland tegen harde deviezen aangekocht, in Cuba ook in de tegenwaarde in MLC of peso nacional te koop worden aangeboden. Maar het plaatje klopt niet helemaal. Een nationaal product als rum is nu enkel nog in een MLC-winkel verkrijgbaar. Toch zie je In sommige kleine winkeltjes, in de deuropening van het huis rum te koop aan peso nacional. De prijzen liggen daar wel een pak hoger, 1.200 peso voor een fles rum; omgerekend is dat 40 MLC/dollar. Dat wil zeggen dat deze verkoper in een MLC-winkel tegen harde deviezen rum heeft opgekocht en die aan een serieuze meerprijs in peso nacional doorverkoopt.
Voor de bevolking die geen toegang hebben tot harde deviezen, zijn het harde tijden. De schaarste aan alles en nog wat heeft de prijzen op hol doen slagen. De inflatie is enorm. Eén euro kan je bij de bank inwisselen tegen de officiële koers van 27 pesos. Maar op straat is dezelfde euro tot 108 peso waard. Voor een blikje frisdrank betaal je tot 120 pesos, omgerekend 4,5 euro aan de officiële koers. Wie kan dat nog betalen! Isel is werkonbekwaam na een zware kankeroperatie. Zij is afhankelijk van het inkomen van haar zoon die als kok in de toeristische sector werkt, maar daar gaan de zaken slecht. De buurvrouw van Isel is een alleenstaande moeder met 2 kinderen die met een minimuminkomen van 2.400 pesos moet rondkomen.
Voeding is een heel gevoelig onderwerp, in welk land dan ook. De Cubaanse overheid heeft altijd geprobeerd de bevolking te voorzien van een basispakket aan groenten, fruit, bonen, vlees. Met het gekende ‘libreta’ (boekje) kan elke Cubaan tegen heel lage prijzen een basispakket voedingswaren kopen. En hoewel het de bedoeling was om de libreta af te schaffen, heeft de overheid omwille van de huidige inflatie beslist om het systeem nog een tijdje aan te houden. Gelukkig maar, wat niet belet dat dit basispakket van rijst, bonen, olie, koffie, kip en wat yuca of zoete patat moet aangevuld worden met wat op de markt tegen hoge prijzen te krijgen is.
Het is niet te verwonderen dat de hoge prijzen tot gemor leiden. De lange wachtrijen zijn de Cubanen wel gewoon. Maar wat tegen de borst stoot, is de toenemende sociale ongelijkheid. De tekorten en hoge prijzen wekken afgunst tegenover de Cubanen die een goed leven kunnen leiden. Deze ontevredenheid heeft niets met politiek te maken, maar alles met deze zware economische crisis van vandaag. De belangrijkste remedie is het verhogen van de nationale productie, een belangrijke doelstelling van de regering Díaz-Canel. Ook het toerisme kan nu opnieuw opstarten, nu de corona-crisis beheersbaar is. Maar het economisch herstel zal vele maanden duren. Zolang zal de Cubaan nog deze moeilijke situatie moeten doorstaan.
Lees ook: Blokkade en Corona wegen zwaar op de Cubaanse economie